Radicaal vertrouwen: hoe Jeroen de Lange en 100WEEKS de ontwikkelingshulp op zijn kop zetten

Door het simpelweg vertrouwen van vrouwen in extreme armoede met geld en kennis, bewees Jeroen de Lange dat een radicaal andere aanpak van hulp niet alleen mogelijk is, maar ook effectiever. Na tien jaar geeft hij het stokje door en blikt hij terug op een revolutie in de ontwikkelingssamenwerking.

De omgekeerde wereld

"This is a really stupid idea, you make them lazy."

Deze woorden van een voormalige collega in Rwanda kan Jeroen zich nog goed herinneren. Tien jaar geleden waagde hij het ondenkbare in de wereld van ontwikkelingshulp: vrouwen in extreme armoede gewoon geld geven. Zonder voorwaarden, zonder ingewikkelde programma's, zonder westerse bemoeienis over hoe het besteed moest worden.

"Ik was er in het begin zelf ook tegen," bekent Jeroen (55), die voorheen als diplomaat en econoom bij de Wereldbank werkte. "Toen ik het idee voor het eerst hoorde, dacht ik: wat een geschift idee." Toch zou dit 'geschifte idee' de basis vormen van 100WEEKS, een organisatie die inmiddels bijna tienduizend vrouwen en hun gezinnen blijvend uit de armoede heeft geholpen.

Als je Jeroen vraagt naar zijn motivatie, gaat hij terug naar zijn jaren in conflictgebieden en landen met diepe armoede. "Als je ziet dat mensen echt in armoede leven, die hopeloosheid, depressiviteit, gebrek aan waardigheid, daar kun je letterlijk niet van weglopen," vertelt hij. "Dat beeld blijft je altijd bij. En wij zijn gewoon heel rijk in Europa. Tegelijkertijd is er hulp die niet geholpen heeft. Dan is de vraag: "Wat kunnen we dan doen dat wel effectief is ?"

Na jaren van werken binnen het systeem als diplomaat en econoom, was hij toe aan een radicaal andere aanpak. "Ik ben altijd op zoek naar ergens echt een verschil maken." Maar ik wilde ook een keer de vrijheid proeven om zelf iets van de grond af aan op te bouwen. "Iets wat er niet is, vanuit een idee iets gaan bouwen."

Het eerste experiment

Met slechts €5.000, bijeengebracht door familie en vrienden, vloog Jeroen met Gitte Buch in 2015 naar Rwanda om zijn idee te testen. Hij herinnert zich nog goed de ontmoeting met de eerste deelneemster: Jacqueline.

"We kwamen haar huisje binnen en toen vertelde mijn contactpersoon haar: er is een vriend van mij die iets nieuws wil doen: hij wil jou geld geven. Dat was zoiets bizars dat ze het gewoon niet geloofde, ze was helemaal stupéfait."

De volgende ochtend stond Jacqueline met vier andere vrouwen bij een lokaal kioskje voor mobile money. "Als je daar morgenochtend om negen uur bent, dan krijg je van mij een telefoontje, een simcard, en dan ter plaatse maak ik geld over," had Jeroen beloofd. "En daar was ze die ochtend met vier andere vrouwen. Ze keken op die telefoon en het was waar. "Eerst was er de totale verrassing en daarna kwam er een lach, een beetje te mooi om waar te zijn."

Dit simpele gebaar: vrouwen direct toegang geven tot geld via hun telefoon, zou uitgroeien tot de kern van het 100WEEKS model. Elke week ontvingen ze €8, een bedrag dat voor veel Nederlanders weinig voorstelt, maar voor deze vrouwen een verdubbeling van hun besteedbaar inkomen betekende, een wereld van verschil.

De data bewijst het

Vanaf het begin was Jeroen vastbesloten om te bewijzen dat zijn aanpak werkte. "Ik had aan mijn oud-collega’s van de ambassade in Kigali, Deo en Gaspard, vanaf het begin gevraagd: bevraag de vrouwen met een korte survey, een aantal armoedevragen van de Wereldbank, vul dat om de twee weken in". Die discipline wierp al snel vruchten af. "Na twee, drie maanden zagen we op een aantal indicatoren dat het echt beter ging met de vrouwen. Ze gingen van een naar twee maaltijden per dag, kinderen gingen weer naar school, en het huisje werd opgeknapt. Dat was het eerste moment van eureka. Het werkte dus!"

Een tweede eureka-moment volgde toen de eerste onbekende donateur zich meldde. "Op een gegeven moment had iemand geld overgemaakt die wij niet kenden. Ik denk dat dat was toen ik de eerste keer op de radio was. Iemand had mij op de radio gehoord en die had geld overgemaakt. Dus toen dacht ik: “Oké, dit kan wel eens wat worden."

De keuze voor vrouwen

100WEEKS richtte zich vanaf het begin specifiek op vrouwen, een keuze die Jeroen pragmatisch verklaart. "Ik zeg altijd met zo'n halve grap: sorry for my gender, sorry gasten, maar vrouwen gaan over het algemeen beter met geld om. Ze zorgen beter voor het gezin, investeren wat voorzichtiger en bereiken daardoor meer."

Hij benadrukt dat de keuze puur functioneel was. "Ik heb 100WEEKS opgezet om effectief mensen uit armoede te helpen komen. Dat gaat het beste door vrouwen te steunen."

Toch ontdekte hij gaandeweg dat het programma veel meer teweegbracht dan alleen economische verbetering. "Ik begon te zien dat dit gaat om regie pakken, om waardigheid. Een vrouw vertelde me dat ze eindelijk weer naar de kerk durfde. Pourquoi? 'De buren lachten mij uit omdat mijn kinderen geen schoenen hadden en ik alleen een oude jurk.' Het gaat dus ook heel erg om zelfrespect en waardigheid. Een andere vrouw zei: 'Now I am somebody'."

De vier pijlers van het model

In de tien jaar die volgden, ontwikkelde Jeroen een model dat rust op vier pijlers:

"Ten eerste begrijpen we echt wat armoede is en hoe mensen eruit komen: poverty dynamics. Ten tweede werken we altijd via lokale partners die de lokale context begrijpen. Ten derde werken we met IT en data, 100WEEKS is een IT platform. En tot slot weten we mensen aan elkaar te verbinden, mensen in Nederland weten echt aan wie ze geld geven."

Deze combinatie maakt 100WEEKS uniek. " Ik ken geen NGO die deze factoren echt met elkaar verbindt. Veel Amerikaanse NGO's voelen veel te weinig aan wat die lokale context is. Heel veel bestaande grote Nederlandse NGO's werken amper met IT en data."

Lokale partners als sleutel

Een cruciaal inzicht voor Jeroen was dat 100WEEKS moest opereren via lokale partners. "Ik zie me nog lopen door Kibuye. Ik dacht: dit is een hartstikke gaaf idee, maar ik kan als witte man hier zo niet mee doorgaan. 'Oh, jij bent een beetje arm, zal ik het aan jou geld gaan geven?'"

Via via kwam hij uit bij de katholieke kerk in Rwanda. "Ik werd aan een priester voorgesteld en ik zei: 'Père, j'ai une idée un peu bizarre, mais on va donner de l'argent gratuit aux femmes qui vivent en pauvreté.' Hij geloofde het ook niet helemaal, maar hij dacht wel: laten we het eens proberen."

Deze benadering vormde de basis voor wat Jeroen "lokalisering" noemt: "Het draait niet om 100WEEKS. Wij werken voor die organisaties daar. Zij weten wie de armsten zijn. Ze moeten het lokaal dragen. Want er ontstaat natuurlijk altijd gedoe van 'waarom zij wel en ik niet'. Dat kunnen wij vanuit Amsterdam helemaal niet managen."

Hij vergelijkt 100WEEKS met een Intel-chip: "We hebben het weleens intern over dat we eigenlijk zo onzichtbaar mogelijk willen zijn." We zijn de Intel chip inside. Wat ik altijd echt vreselijk vond, waren die hele grote borden van internationale NGO's langs de weg in de landen waar we werken. Ik heb altijd gezegd: dat wil ik echt nooit zien."

"They need to shine with it," zegt hij over de lokale partners. "Ik wil dat de bisschop zegt: 'dat is mijn programma.' En die bisschop geldt nu ook als de meest innovatieve bisschop in Rwanda. Dat is wat je wilt."

De onverwachte bloei van talent

Wat Jeroen het meest inspireerde was de creativiteit en ondernemingszin die vrijkwamen bij de vrouwen. "De hoeveelheid ideeën waarmee ze zijn gekomen, daar had ik nooit aan gedacht," zegt hij verwonderd. "Één vrouw zei: 'Ik wil graag fotograaf worden.' Je denkt toch een beetje clichématig dat het wel een koe of geit zal worden."

Een vrouw wilde fotograaf worden, een ander droomde van een eigen restaurant. Een koppel wilde een kweekvijver voor vissen starten. "Dus de hoeveelheid ideeën die bij de vrouwen borrelde vond ik zo gaaf."

De vrouwen begonnen ook spontaan samen te werken. "Ze gingen dingen doen die we helemaal niet verwacht hadden. Je komt een paar maanden later terug en dan zeggen ze: 'We hebben samen een heel groot aardappelveld gekocht om aardappels te gaan telen.' Oké, tof!"

Deze autonomie en creativiteit bewijzen volgens Jeroen dat de kern van het model werkt: vertrouwen in plaats van controleren. "Het is super gelijkwaardig. Ik vertrouw jou, jij weet verreweg het beste hoe je uit de armoede kunt komen. En dan gebeurt er van alles wat we niet gepland hebben."

De bumpy road

De weg van idee naar de meest effectieve hulporganisatie was allesbehalve makkelijk. "On a shoestring budget," noemt Jeroen het: "met heel weinig middelen en heel veel werk toch vanuit niets iets opzetten."

Er waren spannende momenten. Zoals toen Unilever vroeg of 100WEEKS een programma kon opzetten in Ivoorkust, een land waar 100WEEKS nog niet actief was. "Binnen drie maanden moesten we een programma opzetten. Ik was er nooit geweest en ik had het telefoonnummer van één iemand."

"Toen dacht ik: 'Houston, we've got a problem.' Toch ben ik drie weken later in het vliegtuig gestapt, daarheen gevlogen, en toen ik daar aankwam stond dat ene contact op mij te wachten. Ik zei: 'Ik ben Jeroen de Lange, dit is het idee, ken jij die coöperatie, ken je een taximannetje, kunnen we daarheen rijden?' En toen naar die coöperatie gegaan. Ik was er nog nooit geweest. Nu hebben duizenden vrouwen in Ivoorkust het 100WEEKS programma doorlopen.”

Die lef en improvisatie kenmerken de aanpak van 100WEEKS. "Dit is een start-up en ik hoop dat het altijd een start-up blijft," zegt Jeroen. "Just do it. Think differently. Probeer het altijd om te draaien. Probeer het anders te doen, niet de platgetreden paden, maar probeer iets radicaal anders."

Bewezen resultaten

Na tien jaar is 100WEEKS een bewezen succes: "80% van de vrouwen en hun gezinnen komt uit de armoede. En dat is wetenschappelijk onderbouwd. Met universiteiten uit de VS hebben we bewezen dat ons programma zelfs een positief effect heeft op de fysieke en cognitieve ontwikkeling van kinderen".

De aanpak is efficiënt: slechts €1 overhead per €8 cash die wordt overgemaakt. Het model is schaalbaar gebleken: van 10.000 naar 50.000 vrouwen zonder extra kosten.

"We bieden real-time inzicht in besteding en resultaten," vertelt Jeroen trots. "Van elke duizend euro die we krijgen, is er een gezin uit de armoede gekomen."

De veranderende wereld van ontwikkelingshulp

Terwijl 100WEEKS stevig ging staan, zag Jeroen de wereld om hem heen veranderen. "Wat er de afgelopen twee maanden aan de hand is, is een soort instorting van waarin we altijd geloofd hebben," zegt hij, verwijzend naar recente politieke verschuivingen en de gruwelijke bombardementen op mensen in Gaza die maar door blijven gaan.

"Ik heb internationaal recht gestudeerd en ontwikkelingseconomie. Mensenrechten en internationale solidariteit lijken al bijna iets van het verleden, terwijl het juist nu, op onze kleiner wordende planeet, alleen maar belangrijker zou moeten worden."

De situatie in Nederland baart hem zorgen. "We hebben een minister van

ontwikkelingssamenwerking die er eigenlijk zit om het ministerie af te breken. Dat hadden we nooit voor mogelijk gehouden. Ook omdat het niet in ons eigen belang is als Nederland, als Europa, maar ook omdat het natuurlijk ongelooflijk asociaal is."

Hij vergelijkt 100WEEKS met het dorp van Asterix en Obelix: "We zijn een soort Gallisch dorpje geworden in deze tijd. Het is bijna tegen de zeitgeist in dat we internationale solidariteit willen vormgeven."

Van hulporganisatie naar beweging

In deze veranderende context ziet Jeroen een nieuwe rol voor 100WEEKS. "Het moet een beweging worden rondom het regie geven aan vrouwen over hun eigen leven," stelt hij. "Een beweging die mogelijk maakt dat mensen in Nederland echt solidair kunnen zijn met vrouwen ver weg. En dat dat ook heel concreet is."

Hij benadrukt dat het verder gaat dan alleen Afrika. "Het gaat bij mij eigenlijk helemaal niet zo om geld geven aan vrouwen in Afrika. Het gaat gewoon om regie geven aan vrouwen wereldwijd. Ik hoop dat we ook 100WEEKS kunnen gaan opzetten in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, want daar staan vrouwenrechten ook enorm onder druk."

Het moment van afscheid

Na tien jaar geeft Jeroen het stokje door. "Ik ben al een jaar lang steeds meer dingen aan het loslaten," vertelt hij. "En het gaat goed met 100WEEKS. Je wilt ook niet in de weg staan van nieuwe ideeën, nieuwe mensen."

Hij is klaar voor nieuwe uitdagingen. "Ik ben echt wel een bouwer, starter, strateeg. Ik vind het bouwen geweldig, dat dit het echt doet! Maar dan begint het bij mij wel weer te kriebelen dat ik weer wat anders wil opbouwen."

Terugkijkend is hij vooral trots dat het concept werkt, dat het gelukt is. "Ik wist natuurlijk niet of het zou lukken. Dus dat het gelukt is, is ongelofelijk gaaf."

Hij vergelijkt het met een oefening uit het boek "The Seven Principles of Highly Effective People" van Stephen Covey. "Een van die zeven principles is terugkijken op je leven. Die oefening is: je ligt op je sterfbed en je kijkt terug, waar ben je dan trots op? Niemand zegt: 'Had ik maar meer geld verdiend.' Maar wat zijn dan dingen die er echt toe doen? En ik denk dat dit wel zoiets is. Dan denk ik: oké, ik ben daar tien jaar voor gegaan, dit is wel het beste wat ik kon brengen, alles gegeven. Het is gelukt."

Een les voor Nederland

Na zijn vertrek bij 100WEEKS wil Jeroen zijn ervaring inzetten voor uitdagingen in Nederland. "Ik wil nog een groot avontuur aangaan, een programma in Nederland. Ik vind dat het op best veel vlakken niet zo goed gaat met ons eigen land. Wat is nou de toekomst van een solidair, groen, sociaal, modern Nederland? Waar ik ook in wil leven, voor mezelf, voor mijn kinderen."

Hij ziet parallellen tussen wat hij geleerd heeft bij 100WEEKS en de uitdagingen in Nederland. "Misschien is het antwoord wel dat je iets heel concreets moet hebben, wat het doet, wat mensen inspireert, om die strijd aan te gaan."

De erfenis van een radicaal idee

Het erfgoed dat Jeroen achterlaat bij 100WEEKS is meer dan een succesvol programma. Het is een bewijs dat radicaal vertrouwen werkt, dat mensen in armoede zelf het beste weten hoe ze eruit kunnen komen, en dat gelijkwaardigheid en waardigheid centraal moeten staan in ontwikkelingshulp.

Zijn advies voor nieuwe medewerkers vat deze filosofie samen: "Pak de vrijheid, draag zelf bij, als iets beter kan, just do it!" Deze mentaliteit die hem tien jaar geleden deed geloven in een controversieel idee, blijft volgens Jeroen essentieel. "Deze tijd heeft innovaties nodig. Het ‘business as usual’ is niet goed genoeg. We moeten echt zo anders denken om tot effectieve oplossingen te komen."

Hij sluit af met een krachtige oproep tot actie: "We are the ones we have been waiting for. Er is niemand anders. En als wij dat niet doen, dan hebben we het ook aan onszelf te wijten."

In een wereld waar internationale solidariteit onder druk staat, blijft het verhaal van 100WEEKS een hoopgevend bewijs dat een andere aanpak mogelijk is. Een verhaal gebaseerd op radicaal vertrouwen, op gelijkwaardigheid, en op de overtuiging dat mensen, als ze de kans krijgen, zelf hun weg uit armoede kunnen vinden.

Terwijl Jeroen nu aan nieuwe avonturen begint, gaat 100WEEKS door, als levend bewijs dat radicaal vertrouwen werkt.